Groene ergernis, natuurlijk!
Groen is de afgelopen decennia zo populair geworden, dat het oersaai dreigt te worden. Daar waar de eerste drukkingsgroepen opkwamen voor het kwetsbare milieu en de schaarse natuurgebieden, heeft vandaag iedereen de mond vol van "de natuur". Die natuur vormt zich in onze hoofden aan de hand van landschappen. In een zoektocht naar de juiste beelden komen de meeste niet verder dan een vage hunkering naar een oud agrarisch landschap en een geromantiseerde voorstelling van het bos. Bijna onvoorwaardelijk zoekt men associaties met het pittoreske. We willen landschappen promoten, maar het ontgaat ons de vitaliteit en dynamiek van de natuur te erkennen. Zowel het agrarische landschap als het romantische bos zijn geladen met geschiedenis, op de koop toe alles behalve mensvriendelijk. Het lijkt erop dat we allemaal een bekommernis willen uiten, maar het ontbreekt ons aan goede voorbeelden.
De Amerikanen zijn erin geslaagd hun natuur te vatten in National Parks, de verbloeming van het pretpark op grote schaal! De Chinezen doen grote inspanningen om het pretparkgehalte een nieuwe dimensie te geven. Terwijl wij Europeanen, de bezitters van een grootse geschiedenis en een culturele rijkdom, met de toekomst van onze natuur geen raad weten.
In zijn boekje "Le paysage en quatre dimensions" is voor Philippe Thébaut het uitgangspunt dat het landschap een gevoelige realiteit is. "Het wordt gevormd door een persoonlijke, subjectieve en vaak gevoelsmatige perceptie. Het landschap is tevens een deel van het collectief patrimonium, omdat het geladen is met historische en culturele elementen. Voor de landschapsarchitecten en stedenbouwkundigen is het landschap vooral een werkterrein.Tussen de professionelen en het publiek is een dialoog vaak moeilijk en zijn misverstanden onvermijdelijk. De oorzaak hiervan ligt bij het ontbreken van een duidelijke taal."
Misschien is het ontbreken van een duidelijke taal niet helemaal juist geformuleerd, maar we stellen dagelijks vast dat de woorden "natuur" en "landschap" niet voor iedereen hetzelfde zijn. Het gaat te vaak om een foute perceptie. In de stad kan er geen sprake zijn van natuur. Wat we in de stad vinden, is cultuur, in alle opzichten. En hiermee is wellicht onmiddellijk aangegeven waar het gebrek aan een duidelijk taal te situeren is. Drukkingsgroepen, en met hen de publieke opinie, hebben de mond vol over natuur, en ten koste van waardevolle cultuur, willen ze de stad teruggeven aan de natuur. Steeds vaker dreigt de politiek deze ongefundeerde wensen te willen vervullen.
In Nederland, toch wel een voorloper, is men stilaan gaan beseffen dat het zogenaamde ecologisch of harmonisch groenbeheer in de stad moeilijk te handhaven is. Niet dat er geen resultaten geboekt werden, maar hoofdzakelijk de publieke opinie heeft hen ertoe aangezet om van het "slordige" groen af te geraken. Destijds hadden alle professionele deskundigen ervoor gewaarschuwd dat het "natuurlijk" ook wel eens een ietwat "slordige" indruk kon hebben. Vandaag neemt de publieke opinie geen genoegen met "slordig" groen, ook al is het zogenaamd "natuurlijk" of de best mogelijke benadering.
De politiek durft geen standpunt in te nemen en vervult op basis van het democratisch principe de verzuchtingen van de publieke opinie. Men zou bijna kunnen spreken van de collectieve banalisering van het groen, gaande van de elementaire natuur tot het volmaakte landschap.
Gelukkig zijn er in dat opzicht toch ook goede evoluties waar te nemen. Vorig jaar werd de laatste fase van de wedstrijd voor de heraanleg van het Emiel Braunplein te Gent voorgelegd aan het publiek. Uit de 4 geselecteerde ontwerpen koos het publiek resoluut voor het groenste, maar de deskundigen kozen voor een goed stedelijk plein. De politiek is voor de eerste keer tegen de publieke opinie ingegaan!
Gent is al een tijdje baanbrekend werk aan het verrichten op het vlak van de inrichting van de publieke ruimte en deze overwinning is hen van harte gegund.
Groen in de stad is leuk, maar het kan nooit bijdragen tot een structurele verbetering van onze leefomgeving. Steden zijn voor een overgroot deel van de wereldbevolking de leefomgeving, maar hebben niets met natuur te maken. Natuur kan nauwelijks overleven in een stedelijke omgeving, dus dienen we af te stappen van de mythe van meer natuur in de stad. Daartegenover staat dat we natuurlijke elementen op een cultureel aanvaardbare wijze kunnen integreren in onze steden.
Met een slogan als "Groen, natuurlijk!" hebben we alles gezegd, met dien verstande dat "natuurlijk" gebruikt wordt in de betekenis van "vanzelfsprekend" of "in overeenstemming met de werkelijkheid"(Van Dale, Nieuw Nederlands Handwoordenboek, verklaring nr 7 en 8 van het woord "natuurlijk").
De Amerikanen zijn erin geslaagd hun natuur te vatten in National Parks, de verbloeming van het pretpark op grote schaal! De Chinezen doen grote inspanningen om het pretparkgehalte een nieuwe dimensie te geven. Terwijl wij Europeanen, de bezitters van een grootse geschiedenis en een culturele rijkdom, met de toekomst van onze natuur geen raad weten.
In zijn boekje "Le paysage en quatre dimensions" is voor Philippe Thébaut het uitgangspunt dat het landschap een gevoelige realiteit is. "Het wordt gevormd door een persoonlijke, subjectieve en vaak gevoelsmatige perceptie. Het landschap is tevens een deel van het collectief patrimonium, omdat het geladen is met historische en culturele elementen. Voor de landschapsarchitecten en stedenbouwkundigen is het landschap vooral een werkterrein.Tussen de professionelen en het publiek is een dialoog vaak moeilijk en zijn misverstanden onvermijdelijk. De oorzaak hiervan ligt bij het ontbreken van een duidelijke taal."
Misschien is het ontbreken van een duidelijke taal niet helemaal juist geformuleerd, maar we stellen dagelijks vast dat de woorden "natuur" en "landschap" niet voor iedereen hetzelfde zijn. Het gaat te vaak om een foute perceptie. In de stad kan er geen sprake zijn van natuur. Wat we in de stad vinden, is cultuur, in alle opzichten. En hiermee is wellicht onmiddellijk aangegeven waar het gebrek aan een duidelijk taal te situeren is. Drukkingsgroepen, en met hen de publieke opinie, hebben de mond vol over natuur, en ten koste van waardevolle cultuur, willen ze de stad teruggeven aan de natuur. Steeds vaker dreigt de politiek deze ongefundeerde wensen te willen vervullen.
In Nederland, toch wel een voorloper, is men stilaan gaan beseffen dat het zogenaamde ecologisch of harmonisch groenbeheer in de stad moeilijk te handhaven is. Niet dat er geen resultaten geboekt werden, maar hoofdzakelijk de publieke opinie heeft hen ertoe aangezet om van het "slordige" groen af te geraken. Destijds hadden alle professionele deskundigen ervoor gewaarschuwd dat het "natuurlijk" ook wel eens een ietwat "slordige" indruk kon hebben. Vandaag neemt de publieke opinie geen genoegen met "slordig" groen, ook al is het zogenaamd "natuurlijk" of de best mogelijke benadering.
De politiek durft geen standpunt in te nemen en vervult op basis van het democratisch principe de verzuchtingen van de publieke opinie. Men zou bijna kunnen spreken van de collectieve banalisering van het groen, gaande van de elementaire natuur tot het volmaakte landschap.
Gelukkig zijn er in dat opzicht toch ook goede evoluties waar te nemen. Vorig jaar werd de laatste fase van de wedstrijd voor de heraanleg van het Emiel Braunplein te Gent voorgelegd aan het publiek. Uit de 4 geselecteerde ontwerpen koos het publiek resoluut voor het groenste, maar de deskundigen kozen voor een goed stedelijk plein. De politiek is voor de eerste keer tegen de publieke opinie ingegaan!
Gent is al een tijdje baanbrekend werk aan het verrichten op het vlak van de inrichting van de publieke ruimte en deze overwinning is hen van harte gegund.
Groen in de stad is leuk, maar het kan nooit bijdragen tot een structurele verbetering van onze leefomgeving. Steden zijn voor een overgroot deel van de wereldbevolking de leefomgeving, maar hebben niets met natuur te maken. Natuur kan nauwelijks overleven in een stedelijke omgeving, dus dienen we af te stappen van de mythe van meer natuur in de stad. Daartegenover staat dat we natuurlijke elementen op een cultureel aanvaardbare wijze kunnen integreren in onze steden.
Met een slogan als "Groen, natuurlijk!" hebben we alles gezegd, met dien verstande dat "natuurlijk" gebruikt wordt in de betekenis van "vanzelfsprekend" of "in overeenstemming met de werkelijkheid"(Van Dale, Nieuw Nederlands Handwoordenboek, verklaring nr 7 en 8 van het woord "natuurlijk").
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage