Nu leest U het eens elders (39)
“De aanhoudende daling van de werkloosheid maakt dat de socialistische vakbond ABVV in drie afdelingen eigen personeel moet afdanken”.
De Standaard 15/1/2008
Je leest het in eerste instantie met enige verbazing, maar al snel is duidelijk dat de wetten van onze economie niemand ongemoeid laten. Ook vakbonden zijn blijkbaar onderhevig aan de wet van vraag en aanbod. En ik beken; de dag dat mijn afdeling van deze vakbond me een brief stuurde waarin ze me de keuze lieten om mijn lidmaatschap op te zeggen omdat ik niet meer als werkzoekende in hun lijsten voorkwam, deed ik dat onmiddellijk. Ik heb ook bijzonder weinig affiniteit met het gedachtengoed van deze of andere vakbond. Hun brieven waren hoogst onpersoonlijk ondanks de aanspreking “beste kameraad” en het tweewekelijkse ledenblad “de nieuwe werker” kon mij nooit boeien. Zijn vakbonden boeiend? Resoluut, nee!
Het is niet meer dan een noodzakelijk kwaad in slechte tijden en dan bewijzen ze hun diensten, maar eens je dat stadium voorbij bent, zijn ze te verwaarlozen. Is het niet opmerkelijk dat vakbonden pas op de voorgrond treden op het moment als er hoegenaamd niets meer te redden valt?
Uiteraard ben ik er mij van bewust dat vakbonden er in het begin van de vorige eeuw voor gezorgd hebben dat de werklieden een degelijk statuut kregen en alle verworvenheden die vandaag gemeengoed zijn, hebben we in meer of mindere mate te danken aan de vakbonden. Maar wat was hun constructieve bijdrage de afgelopen decennia?
0 reacties:
Een reactie posten
Aanmelden bij Reacties posten [Atom]
<< Homepage